De Transitiecommissie Sociaal Domein (TSD) concludeert dat de voortgang van de decentralisaties aan alle kanten moeizaam verloopt. De TSD pleit om die reden voor een landelijk, meerjarig programma om de lokale verzorgingsstaat verder vorm te geven. Het programma moet deel uitmaken van het nieuwe Regeerakkoord, vindt de TSD, die is ingesteld om ‘de vinger aan de pols te houden’ en volgens afspraak vorige week haar werk beëindigde met een vijfde en laatste rapportage. Een zware, onafhankelijke commissie van ‘doeners en denkers’ zou het programma voor het nieuwe kabinet moeten uitwerken. De ontwikkeling van de lokale verzorgingsstaat (Wmo, Participatiewet, Jeugdwet) verloopt niet overal effectief. De TSD laat zich over de ontwikkelingen meermaals scherp uit. Samenhang bij de uitvoering van de verschillende wetten is nog ver te zoeken.
Vooral Rijk en gemeenten krijgen een veeg uit de pan; het lijkt volgens de commissie ‘of men elkaars taal niet spreekt’. In eerdere rapportages sprak de TSD al ‘grote zorgen’ uit over de ontwikkelingen in de jeugdzorg, onder andere op het gebied van privacy, tekortschietende budgetten, bureaucratie. Die zijn allerminst weg. Nu constateert de commissie ‘te weinig vruchtbare samenwerking’ tussen vrijwel alle betrokken partijen: gezinnen en zorgaanbieders, generalisten in wijkteams en gespecialiseerde zorgverleners, zorgaanbieders over en weer, en gemeenten onderling.
Door de noodzaak financiële tekorten op te vangen, brokkelt de solidariteit tussen gemeenten af. Vooral als gevolg van het woonplaatsbeginsel, dat bepaalt wie verantwoordelijk is en betaalt voor de inzet van jeugdhulp, komen gemeenten en zorgaanbieders er soms samen niet uit. ‘Op dit moment komt het te vaak voor dat kinderen van het kastje naar de muur worden gestuurd’, aldus de TSD.
Vooral de gespecialiseerde jeugdzorg bevindt zich volgens de commissie in de gevarenzone. Bezuinigingen treffen sommige instellingen onevenredig hard, vooral partijen die zich op een kleine doelgroep richten en één financieringsbron hebben. Als zij omvallen of inkrimpen, verdwijnt broodnodige expertise. De TSD vindt dat het Rijk en de 42 jeugdzorgregio’s dat moeten voorkomen, bij voorkeur door een financiële injectie.