De Nederlandse regering heeft zich op 14 mei jl. verantwoord bij de Verenigde Naties in Genève voor de naleving van haar verplichtingen onder het Verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke en onterende behandeling of bestraffing (CAT). Een dag eerder, op 13 mei jl., ontmoette het Comité tegen Foltering vertegenwoordigers van NGO’s, het College voor de Rechten van de Mens (nationaal mensenrechteninstituut) en andere belanghebbenden die het Comité van hun kant informeerden over de stand van zaken betreffende onmenselijke behandeling in Nederland.
Een vertegenwoordiger van het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten (NJCM) belichtte op 13 mei in Genève een aantal zorgpunten uit het rapport dat de mensenrechtenorganisatie voor de gelegenheid samenstelde met bijdragen van tien andere organisaties en belanghebbenden, waaronder JWS.
De opmerkingen uit dit NGO-rapport lijken volgens Anne Scheltema Beduin, voorzitter van werkgroep Internationale Bescherming Mensenrechten van het NJCM, ter harte te zijn genomen door het Comité, daar er op 14 mei over alle punten kritische vragen zijn gesteld aan de Nederlandse regering. Het Comité was met name kritisch over de toepassing van vreemdelingenbewaring in Nederland en specifiek het feit dat vreemdelingen automatisch in bewaring terecht komen wanneer zij via Schiphol binnenkomen. Scheltema Beduin verwacht dat het Comité tegen Foltering de Nederlandse regering zal oproepen de situatie met betrekking tot vreemdelingenbewaring te veranderen. ‘Gezien de recente hongerstakingen in de detentiecentra op Schiphol en in Rotterdam, waarmee asielzoekers protesteren tegen hun opsluiting en eisen dat ze als asielzoekers en niet als criminelen worden behandeld, is het hoog tijd voor de regering om met constructieve oplossingen te komen.’, aldus Scheltema Beduin.
Bron en verdere informatie: NJCM