De opname van het symposium is onderaan het verslag te vinden. Wij danken iedereen die heeft deelgenomen aan het symposium en hopen u een volgende keer weer te mogen verwelkomen.
Op vrijdagmiddag 9 april organiseerde de Johannes Wier Stichting een online symposium met als titel: ‘Blinde vlekken in de ouderenzorg’. Zoals voorzitter Fransje Snijders het verwoordde in haar openingswoord: “We denken dat we goede zorg verlenen, maar soms laten we belangrijke onderwerpen liggen.” Op het programma stonden drie presentaties, een interview en een kort debat. Via de chatfunctie konden de deelnemers vragen stellen. Na afloop van elke sessie werden die door twee JWS-vrijwilligers aan de spreker voorgelegd.
Praat met ouderen over hun behoeften en wensen
De eerste spreker was Ester Bertholet. In 2011 heeft zij in Velp een speciale praktijk ouderengeneeskunde opgericht, waarnaar huisartsen ouderen met complexe problematiek verwijzen. Zo wordt hun eigen praktijk ontlast en kunnen veel patiënten dankzij de multidisciplinaire ondersteuning langer thuis blijven wonen. De recent opgerichte stichting MESO rolt deze werkwijze ook in andere plaatsen uit.
Een van de blinde vlekken die Bertholet signaleert is dat er vaak onvoldoende met oudere mensen gesproken wordt over onderwerpen als eenzaamheid, zelfredzaamheid, behoefte aan intimiteit en wensen ten aanzien van medische behandelingen. Op basis van dergelijke gesprekken heeft haar praktijk een ontmoetingscentrum voor ouderen opgericht in Velp en het ‘Behandelpaspoort’ ontwikkeld. Daarin kunnen ouderen hun behandelwensen opschrijven. Ook werkt Bertholet aan een boek over ouder worden.
“Is de werkwijze van uw praktijk uniek?”, vraagt iemand in de chat. Bertholet: “Veel elementen zitten ook wel in de werkwijze van collega’s. Maar zo multidisciplinair en dan ook nog volledig gefinancierd, dat doen wij alleen. De stichting MESO is net begonnen. We hebben nog een lange weg te gaan tot een landelijke uitrol.”
Bekijk de powerpoint van Bertholet’s presentatie hier.
Bekijk haar lezing vanaf minuut 00:04:28 in de opname.
Zorg goed voor mantelzorgers
Hoe belangrijk het is dat er goed naar ouderen wordt geluisterd, blijkt uit het interview door Fransje Snijders met Barbara de Vos, echtgenote van een man die steeds vergeetachtiger werd. Zo’n tien jaar geleden is ze door de huisarts doorverwezen naar de praktijk van Bertholet. Ze is heel dankbaar voor de hulp van haar casemanager. Die hielp haar haar weg te vinden in een doolhof aan zorgwetten (“de mantelzorgachtbaan”), leerde haar de diagnose ‘lichte cognitieve stoornis’ te accepteren en bood haar praktische handvatten voor het omgaan met iemand met dementie. Haar man Hans is af en toe neerslachtig, voelt zich eenzaam en vermijdt andere mensen uit schaamte of uit angst dat hij iets niet kan onthouden. Ook is hij soms wantrouwig naar anderen toe.
Voelt zij zich dan nooit overbelast? Ze heeft weinig tijd voor zichzelf, maar Barbara de Vos heeft geleerd om er samen met Hans “het beste van te maken”. Het is een grote belasting, maar ze doet het graag, zegt ze. “Maar soms zie ik het niet meer zitten en dan ga ik even staan stampvoeten in de hal.” Gelukkig kan zij de casemanager altijd bellen.
Bekijk het gesprek vanaf minuut 00:44:34 in de opname.
Vergeet dementerende migranten niet
Dementie onder ouderen met een migratieachtergrond is een andere blinde vlek in de ouderenzorg, stelt Janne Papma, wetenschappelijk onderzoeker en coördinator van het Alzheimercentrum Erasmus MC. Zij bespreekt in haar presentatie de vele redenen waarom vooral oudere Turken en Marokkanen met dementie laat in beeld komen bij de hulpverlening. Volgens haar zijn de geheugenpoli’s in Nederland niet goed voorbereid op dementerende mensen met een migratieachtergrond. In 2015 is in het Erasmus MC de migrantenpoli geopend. In deze poli maakt men gebruik van het Culturele Interview om – indien nodig via studenttolken – tot een cultuursensitieve diagnostiek te komen.
Aangezien ook het veelgebruikte screeningsinstrument MMSE minder geschikt is voor migranten en mensen met een lage opleiding, stelt Papma voor om dat bij deze doelgroepen te vervangen door de RUDAS: Rowland Universal Dementia Assessment Scale, een gratis beschikbare, gevalideerde screeningtest voor dementie.
“Is een testbenadering niet sowieso te westers voor mensen met een niet-westerse migratieachtergrond?”, is een van chatvragen. “Nee,” antwoordt Papma, “ik denk dat we de cognitieve functies moeten blijven meten via dit soort instrumenten. Maar we zouden wel meer ecologisch-valide materialen kunnen gebruiken. Bijvoorbeeld een virtueel nagebouwde supermarkt, waarin je mensen kunt observeren als ze boodschappen doen.” Op de vraag of er ook een digitaal platform bestaat voor cultuursensitieve nazorg, zoals dagopvang, verwijst Papma naar de website www.dementie.nl van Alzheimer Nederland.
Bekijk de powerpoint van Papma’s presentatie hier.
Bekijk haar lezing vanaf minuut 01:16:00 in de opname.
Bespreek medicijngebruik met ouderen
Kees Kramers, internist in het CWZ-ziekenhuis in Nijmegen, begint zijn presentatie met de casus van een 76-jarige man. De heer H. is in het CWZ onder behandeling bij meerdere specialisten en gebruikt veel medicijnen. Hij stopt soms op eigen initiatief met een bepaald medicijn of halveert de dosering als hij vindt dat het niet goed werkt. Mensen op hoge leeftijd in Nederland slikken gemiddeld zes pillen per dag. Veel van die pillen zijn preventief bedoeld: om het cholesterol-, bloeddruk- of bloedsuikerniveau te verlagen. Maar is dit voorschrijfgedrag bij mensen op hoge leeftijd rationele geneeskunde of eerder een chemisch experiment? Kramers betoogt dat er bij hen minder winst te behalen is met bijvoorbeeld cholesterolpillen, omdat de ‘time to benefit’ beperkt is. Het gaat eerder om een levensverlenging van maanden dan jaren. Bovendien zijn de risico’s op bijwerkingen bij ouderen groter. Het is volgens Kramers een “kwestie van lef hebben” om het medicijngebruik en de afbouw daarvan bij ouderen bespreekbaar te maken. Maar wie zou dat moeten doen: de huisarts of de specialist?
Via de chat komt de vraag binnen of de apotheker niet een belangrijk rol moet spelen bij medicijnreductie. “Natuurlijk,” antwoordt Kramers, “apothekers worden vaak ondergewaardeerd, maar die kunnen dit eigenlijk beter dan huisartsen.”
Samen beslissen is een belangrijk uitgangspunt in de gezondheidszorg. Wat zijn Kramers ervaringen hiermee als het gaat om het stoppen bespreekbaar te maken? “Het kan uiteraard ingewikkeld zijn om hierover te praten met mensen met een zeer korte levensverwachting. Dus als mensen geen bijwerkingen hebben, zou ik zeggen: slik maar door.” Het gaat altijd om maatwerk, benadrukt hij. “Een vertrouwensband is heel belangrijk. Om die op te bouwen heb je tijd nodig en dat hebben tweedelijnsdokters vaak niet.”
Bekijk de powerpoint van Kramers’ presentatie hier.
Bekijk zijn lezing vanaf minuut 01:44:20 in de opname.
Discussie
Na de laatste presentatie bogen de sprekers zich gezamenlijk over een fictieve casus: die van een 84-jarige Turkse man die vergeetachtig is, zich soms eenzaam voelt en veel medicijnen gebruikt. Wat moet de huisarts doen?
Esther Bertholet adviseert om een huisbezoek af te leggen en te observeren hoe hij bepaalde ADL-taken uitvoert. Ook is het belangrijk om met zijn mantelzorger te praten. Dat laatste beaamt Janne Papma: bij vermoedens van dementie is het goed om de mantelzorger te vragen wat de verschillen zijn ten opzichte van een paar jaar geleden. Bij patiënten met een migratieachtergrond kan de RUDAS gebruikt worden voor de diagnostiek. Kees Kramers vertelt dat hij vaak een familietolk inschakelt, bijvoorbeeld een kleindochter, om een band op te bouwen met een patiënt die de Nederlandse taal niet goed spreekt. Daarop verwijst Fransje Snijders naar de nieuwe campagne van de JWS om professionele tolken terug in de zorg te brengen. Het tolken zou immers geen taak van kinderen moeten zijn. In Rotterdam werkt Papma om die reden graag met studenttolken. Die zijn vaak van de derde generatie en hebben een kleinere afstand tot de patiënt dan professionele tolken. Dat kan bijdragen aan een snellere opbouw van een goede band.
Bekijk de volledige opname van het symposium hier: