In de Verklaring van Wenen, die werd aangenomen tijdens de Wereld Conferentie over de Rechten van de Mens in 1993, werd gesteld dat alle mensenrechten universeel en ondeelbaar, en onderling afhankelijk en samenhangend zijn. In overeenstemming daarmee erkent de ‘General Comment’ nr. 14 dat het ‘recht op gezondheid’ samenhangt met en afhankelijk is van de realisatie van andere mensenrechten. Daarbij noemt het commentaar diverse verdragen van de rechten van de mens.
De WHO heeft de relatie tussen het ‘recht op gezondheid’ en het respecteren en vervullen van andere mensenrechten verder uitgewerkt. Volgens de WHO hangt het ‘recht op gezondheid’ met andere mensenverdragen op drie wijzen samen:
- Schendingen van mensenrechten of het gebrek aan aandacht daarvoor kan ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid (bijvoorbeeld schadelijke traditionele praktijken, slavernij, martelingen en andere onmenselijke en vernederende behandelingen, geweld tegen vrouwen).
- Gezondheidsbeleid en programma’s kunnen door hun ontwerp of implementatie mensenrechten bevorderen en schenden (bijvoorbeeld door discriminatie, het uitsluiten van bepaalde groepen van deelname, en het respecteren van privacy en informatie).
- Kwetsbaarheid voor een slechte gezondheid kan worden gereduceerd door stappen te nemen om mensenrechten te respecteren, te beschermen en te vervullen.
Deze samenhang heeft de WHO uitgedrukt in de volgende figuur: